Langharige Dwerg- & Kaninchen Teckelkennel:

"van de Grensstek"

  U bent de 488870ste bezoeker
Toevoegen aan favorieten

Algemene informatie over de teckel



De teckels (dashonden) werden oorspronkelijk gefokt voor de ondergrondse jacht op dassen (en vossen). Ook in de Duitse naam is dat gebruiksdoel terug te vinden: "Dachshund" of, nog ouder, "Tachskrieger" en "Dachsel".

De teckel is er in 9 soorten

Onderverdeeld in: standaard:

langhaar, ruwhaar, korthaar;

dwerg:

langhaar, ruwhaar, korthaar; en

kaninchen:

langhaar, ruwhaar, korthaar.

De langharige dwergteckel

Herkomst:

De Dashond of Teckel is een uit Duitsland afkomstige lage, kortbenige jachthond. Hij is zeer gespierd en krachtig gebouwd met een fiere hoofdhouding en een alerte uitdrukking. Daarbij is hij een vrolijke, wat eigenwijze en schrandere gezelschapshond. De langharige variëteit is in het verleden ontstaan door inkruising van de Setter en Cocker Spaniël.

Algemeen voorkomen:

Een lage en langgerekte, doch compacte, verschijning met korte, rechte voorbenen en sterk van bot; de borstkas is ruim en diep en opvallend is het sterk vooruitspringende borstbeen. Het hoofd is langgestrekt, scherp en droog besneden met een attente uitdrukking.

Schofthoogte:

De Langharige Teckel komt in drie groottes voor en bepalend hiervoor is de maat van de borstomvang, gemeten op de leeftijd van tenminste 15 maanden. Borstomvang van de Kaninchen tot 30 cm, de Dwerg: 30 t/m 35 cm

Gewicht:

Mag niet meer bedragen dan bij de Kaninchen 3 tot 5 kg en bij de Dwerg 5 tot 7 kg.

Vacht:

Lang, sluik en glanzend haar, voorzien van onderwol, dat langer is onder de hals en aan de onderzijde van het lichaam, op de oren en aan de achterzijde van de benen. Aan de onderzijde van de staart is de haarlengte het langst en hangt het af als een vlag.

Eenkleurig:

rood, roodgeel, geel met of zonder zwarte haartjes (gesticheld);

Tweekleurig:

diepzwart of bruin met roestbruine of gele aftekening;

Wildzwijnkleurig:

black and tan patroon waarbij in het zwart witte haarpunten voorkomen; gevlekt/gestroomd: zwart, rood of grijs met onregelmatige witte vlekken, waarbij noch de donkere, noch de lichtere kleur mag overheersen.

Gebruik:

De Langhaar Teckel werd van oorsprong gebruikt voor de jacht onder de grond op dassen en vossen. Later werd hij meer een allround jachthond. De Langhaar heeft met name aanleg voor het opsporen van aangeschoten wild; is tegenwoordig een prima huishond die zeer op het gezin gesteld is.

Gezondheid:

Zie de WKHS gezondheidsinventarisatie. Teckels kunnen gevoelig zijn voor problemen met de tussenwervelschijven (hernia). Incidenteel komen erfelijk bepaalde oogafwijkingen voor. Fokdieren worden hierop onderzocht.

Aard:

Een schrandere en moedige jachthond die jaagt met veel passie en grote volharding; als huishond vallen zijn vrolijkheid en waaksheid op; is daarbij moedig, trouw en aanhankelijk maar ook slim en eigenzinnig.

Het karakter:

De langharige dwergteckel is altijd nadrukkelijk aanwezig en u kunt hem/haar niet over het hoofd zien. Ze zijn vindingrijk, slim, moedig en nieuwsgierig. De langharige dwergteckel is een rustiger en zachtzinniger type dan de kortharige en de ruwharige teckel. Alle soorten teckels kunnen goed hun zin doordrijven en toneelspelen. Ook zoeken zij bewust oogcontact waardoor een bijzondere binding ontstaat. Het is heel belangrijk dat u ervoor zorgt de baas te zijn en te blijven, want verwende teckels kunnen knorrige en tirannieke honden worden.

Bijzonderheden:

De vacht vereist naast regelmatig kammen geen specifieke verzorging.

De verzorging:

Vachtverzorging:

Regelmatig borstelen en kammen en controleren op ongedierte (vlooien en teken). De langharige dwergteckel hoeft meestal maar een of twee keer per week goed te worden geborsteld met een harde haren borstel en een grove kam voor klitjes aan de oren en de langer behaarde lichaamsdelen. Lange plukjes haar tussen de teentjes kunnen worden weggeknipt. Borstel of kam altijd van de kop naar de staart, met de richting van de haren mee. Als de pup al op jonge leeftijd went aan het borstelen zal hij/zij de vachtverzorging als prettig ervaren.

Gebit:

Het regelmatig eten van harde brokken kan bijdragen aan schone, gezonde tanden. Er zijn ook speciale kauwkluiven te koop die tandsteen helpen voorkomen en voor een frisse adem zorgen. Het allerbeste helpt regelmatig tandenpoetsen. Hiervoor zijn speciale hondentandenborstels te koop maar het kan ook door middel van een om uw vinger gewikkeld gaasje. Wen een hond op jonge leeftijd aan het poetsen dan gaat het zeker goed.

Nagels:

Bij een hond die geregeld op een harde ondergrond loopt slijten de nagels vanzelf. Is dit niet het geval dan zult u de nagel moeten knippen. Met behulp van een stukje papier kunt u zien of de nagels te lang zijn. Wanneer u een papiertje bij een (staande) hond kunt schuiven tussen de ondergrond en de nagels zijn ze van juiste lengte.

Ogen:

De ooghoeken dienen elke dag te worden schoongemaakt. (het slaap uit de ogen halen.)

Oren:

De oren dienen elke week te worden nagekeken. Overtollig oorsmeer weghalen met een schoon katoenen vochtig gemaakt doekje eventueel een beetje babyolie op het doekje aanbrengen. NOOIT met een voorwerp in de gehoorgang gaan.